Dag 17 Crest-Suze la Rousse 79 Km

Na het vertrek volg ik een kort stukje de Drome langs een grote drukke weg.. Ik steek de rivier over en moet meteen flink klimmen. Ik zit nu in de uitlopers van de Alpen. Ik zal vandaag tweemaal naar ongeveer 500 meter klimmen.

De helling stijgt geleidelijk. Het is goed te doen. De Pas de Laudzens is een smalle kloof met een rivier in de diepte en een smalle weg. Twee auto,s kunnen elkaar niet overal passeren.

Voor mij als fietser is het genieten.

In Soyans, een mooi oud stadje, neem ik een tweede ontbijt. Ik ben begonnen op mueslirepen. In de bossen hier, was er ooit een alternatieve leefgemeenschap. In diezelfde bossen vluchtten eerder veel hugenoten om te ontkomen aan bloeddorstige katholieken. Van beide zijn restanten in de bossen te vinden, maar wel in vervallen staat. Ik heb ze niet gezien.

De weg slingert door de bergen. Ik ga langzaam aan naar de tweede klim. Deze is zwaarder. De weg is minder mooi als bij de eerste en ik ben blij als ik boven ben. In totaal was het 6km tegen 7 procent. Volgens mij is dit de zwaarste van de hele tocht.

In Aleyrac vind ik niet de ruïnes van een Bendicter abdij. Ik heb wel rondgekeken.

In Taulignan klim ik naar het centrum van dit dorp met 11 torens. Het is een mooi dorpje met een typisch Frans pleintje en kerk. Ik neem er mijn lunch.

Valers is oud. Het was vroeger eigendom van de paus in Avignon. Stadhuis en kerk zijn de moeite van het bekijken waard.

Tussen wijnvelden fiets ik via Richerenches naar Suze-la-Rousse. De prinsen van Oranje waren in het verleden de eigenaar van het mooie robuuste Chateau Feodal. Nu is er de Université du Vin. In de zomer zijn er soms ook muziekconcerten.

Camping Le Pont du Lez ligt zoals het hoort bij de brug. Een vreemde camping met prettig gestoorde mensen, maar wel prijzig.